De Extreme survival bestond uit meerdere weken waarvan er uiteindelijk twee doorgingen. Nu was het de beurt aan de tweede groep om deze uitdaging in hetzelfde gebied aan te gaan op de grens van Noorwegen en Zweden. Zouden ze net zo'n succesvolle week tegemoet gaan als de vorige groep?
Wederom kwam de groep rond de schemering aan en liepen we gezamenlijk naar onze bivak toe. In tegenstelling tot verleden week had het de laatste twee dagen veel geregend en was alles kletsnat. In het moeras stond hierdoor meer water, we liepen door meer blubber en het was spekglad op de rotsblokken. Bij aankomst stelde ik voor dat iedereen zijn eigen tarp zou spannen. Aangezien dit een groep was van twee vriendengroepen van twee personen was, werden er twee onderkomens gemaakt.
De voorbereidingsdag begon iets anders dan vorige week, want de directe omgeving was immers goed verkend en ik had een waterbron vlakbij ontdekt en deze wilde ik als eerste laten zien. Alhoewel het water uit het meer direct drinkbaar was, gaf deze bron ook direct drinkbaar water dat kraakhelder was en veel beter smaakte. Het was daarom de moeite waard om hiervoor zo'n 150 meter te lopen.
Gezien de dreiging van nachtelijke regenbuien besloot ik om als eerste een groepsshelter van de aanwezige tarps te laten maken. Alhoewel ik een bepaald onderkomen geadviseerd had te maken, had de groep daar andere ideeën over. Het resultaat was een prachtige hut die wel naar mijn mening veel efficiënter kon. De eerste nacht hadden de meesten het toch wel koud gehad, maar na een paar aanpassingen was het de volgende nacht beter vertoeven. Het gebruik van een reddingsdeken op verschillende manieren had hierin een groot aandeel.
Na een laatste diner van Adventure Food, later Adventure Race genoemd, begon de survival ook bij deze groep om 20.00 uur. Zo konden we nog net de laatste zonnestralen meepikken, want dat zou wel nodig zijn! Het was de bedoeling om net zoals bij de eerste groep met kleren, schoenen en rugzak te water te gaan als simulatie van een crash van een watervliegtuig dat ons zou wegbrengen voor een dag vissen in onherbergzaam terrein. Maar de dag was mede door de harde wind zo koud geweest dat het mij niet verstandig leek om dit uit te voeren. Toch kwamen deze heren er niet makkelijk vanaf en moesten toch een skinny dip (zonder kleren) maken waarbij de Extreme survival werd ingeleid. Koud? Dat wel....maar als je vervolgens je kleding weer aantrekt en bij een kampvuur gaat zitten of staan is het heerlijk!
Tijdens deze voorbereidingsdag hadden deze mannen al een vislijn met meerdere haken uitgezet en het eerste wat na de skinny dip werd gedaan was deze nakijken. En jawel....de survival was nog geen uur bezig en ze hadden al een forel gevangen! Niet veel later kwam iemand anders met een baars aangelopen. De doelstelling van deze survival is om mensen aan den lijve overlevingstechnieken in een gebied als deze aan te leren, voedsel te herkennen en te anticiperen op onverwachtse situaties die kunnen ontstaan. Met een start als deze leek het voor hun gemakkelijk te gaan verlopen.
In deze groep was maar één vishengel aanwezig. De meesten hadden besloten om primitief te gaan vissen, dat wil zeggen; vislijnen met haken en aas uit te zetten en met een blinkertje aan een vislijn vanuit de hand het water in te gooien. De laatste techniek ging in het begin vrij moeilijk, maar naarmate de tijd verstreek, leek dat blinkertje verder te komen dat de geworpen blinker vanaf de hengel. Toch was de hengel het meest succelvolle atribuut met vijf gevangen baarzen waarvan twee flinke jongens.
De volgende dag moest er natuurlijk voedsel worden verzameld en we trokken er gezamenlijk op uit. Aangezien er in het gebied al aardig gefoerageerd was, ging ik met deze groep naar plaatsen toe waar ik met de eerste groep niet geweest was. Na een aantal eetbare paddenstoelen en bessen verzameld te hebben, kwamen we in een moeras uit dat overgoten was met eetbare kruipbramen, ook wel gele bosbraam of veenbraam genoemd. Zeer apart van smaak en rijk aan vitaminen C. Hoewel dit in grote getale aanwezig was werd dit niet massaal verzameld. Onderweg hebben we nog geprobeerd vis te vangen, maar de vangst bleef uit. Pas terug in onze bivak werd er weer op het favoriete plekje een kleine en een grote baars gevangen.
Wat opviel aan deze groep is dat ze zeer gedisciplineerd met voeding omgingen. Iedere dag werd er ontbeten, gelunched en gedineerd. Het voedsel werd onder deze heren over de gehele dag verspreid waardoor de maag iedere keer enigszins gevuld werd. Zo was er ook een constructie gemaakt dat het vuur tegen een regenbui moest beschermen en dit bouwsel was tevens zeer geschikt om vis op te roken en dus te conserveren. Dit ingepakt in een reddingsdeken kon als lunchpakket meegenomen worden. Handig voor onderweg!
Twee ex-militairen wilden deze dagen naast het jagen (op kikkers) en verzamelen van plantaardige voeding meer van het gebied zien. Zo trok ik met hun twee dagen erop uit om aan hun wens toe te komen terwijl Kornel bij de rest van de groep achterbleef om hen te assisteren en te begeleiden. Zo leidde ik hun op een dag naar Blueberry Hill en een kraakhelder meer waar we probeerden vis te vangen. De volgende dag liepen we om het meer heen waaraan onze bivaklocatie lag. Eerder deze week ving ik op dat ze graag de berg waarop we constant uitzicht hadden wilden beklimmen en toen we aan de voet van deze berg stonden, kon ik het niet laten om dit balletje op te gooien. Na met elkaar overlegd te hebben, besloten deze heren ervoor te gaan. Dezelfde avond stond hun de 15 km lange wandeling te wachten, maar ze wilden het maximale uit deze week halen. Gezien hun conditie had ik er alle vertrouwen dat zij het konden volbrengen. Op het steile gedeelte van de berg kwamen we in een oerbos terecht en het verbaasde mij daarom niet dat we daar een kudde rendieren tegenkwamen. Eenmaal uit het bos had de wind vrij spel en dit was te merken! En op de top helemaal! Zoals je op de foto kunt zien was het moeilijk om hier op eigen benen te staan. De hoogste bergen konden we niet zien omdat deze in de wolken waren gehuld, maar wat was het uitzicht super!
De groep had sterk getwijfeld om ook een nachtwandeling te maken gezien het wisselvallige weer, maar toch besloten ze om deze op de derde survivaldag rond 23.00 uur van start te laten gaan. Precies toen onze hike begon, klaarde het op en dit bleef grotendeels zo tot het einde. Ik verwachtte dat deze tocht wederom zwaar zou worden gezien mijn ervaring van de vorige week. Het was kouder en er stond nog steeds veel wind, maar iedereen was fit en dat uitte zich in een snel wandeltempo. Eenmaal bij het oerbos aangekomen was het nog steeds donker. Hoofdlampjes dus op en gewoon onze route vervolgen. Het was immers geen optie om stil te staan gezien de kou. De opdracht klonk simpel; volg de rode markeringen, maar in een donker bos waar je niet verder kunt kijken dan het schijnsel van je lampje was dit een ware puzzel! Na dit labyrinth moesten we een berg over en ook toen was het nog pikkedonker. Maar dat was bij lange na niet het ergste. De ijzel maakte het ons pas echt moeilijk. Het sneed in je gezicht, de paden werden spekglad en het was simpelweg koud! Op de checklist had ik gezet dat je kleding moest meenemen om je te beschermen tegen temperaturen van -8° Celsius. Dat klinkt misschien gek als je in Nederland je tas inpakt met +30° Celsius, maar voor in dit gebied in dit jaargetijde zijn het zeer realistische en begrijpelijke handelingen.
Al vroeg kwamen we op de plaats van bestemming aan waar we eerst onze slaapspullen pakten en een paar uur rust namen voordat we naar onze gehuurde appartement gingen. Vervolgens bezochten we nog een winkel, een elandfarm en een Magic Road en eindigden de dag met een traditioneel Zweedse gerecht in ons appartement waarbij we onder genot van een drankje en sterke verhalen de week afsloten. Wederom een geslaagde week en volgend jaar zal er weer een Extreme survival plaatsvinden!